Onboarding - Uitleg Weekbericht
Vanaf nu ontvang je elke week een e-mail en SMS bericht met daarin de optiepositie die wij innemen.
We leggen hier uit wat dit bericht precies betekent.
Hieronder een voorbeeld van hoe het bericht eruit kan zien:
1. Verkopen (schrijven)
We openen een optiepositie en doen een transactie op de beurs. Bij elke optietransactie zijn twee partijen betrokken: een koper en een verkoper/schrijver. Wie een optie koopt, verkrijgt een recht. Daar staat iemand tegenover die een verplichting aangaat, de schrijver van de optie. Bij het kopen van een optie wordt er door de koper een bedrag betaald; de optiepremie. Bij het schrijven of verkopen van een optie, ontvangt de verkoper de optiepremie.
We verkopen elke week opties, waardoor we – als het goed gaat – de optiepremie mogen houden.
2. Looptijd, Call en Put, Optieserie, Uitoefenprijs en Limietorder
De looptijd is de periode waarop de optiepositie betrekking heeft. Voor het Eurostoxx Weekoptie Systeem schrijven/verkopen we op vrijdag een weekoptie. Die optie loopt door tot de vrijdag daarop. De optie vervalt automatisch na 1 week op de volgende vrijdag om 12.00. Daarna sturen we tussen 16.30 en 17.00 een nieuw weekbericht om weer een nieuwe positie in te nemen. Dat doen we in principe elke week. Het kan soms voorkomen dat we een week geen positie innemen omdat het systeem dan geen kansrijke positie kan vinden.
Er zijn twee soorten opties, te weten: calls en puts. Met het verkopen van een call optie creëren we de bovenkant van de bandbreedte. Het verkopen van een put creëert de onderkant.
In de meeste gevallen verkopen we een call en een put. Maar het kan ook voorkomen dat we alleen een call of alleen een put verkopen.
Met de optieserie wordt aangegeven op welke week de optie betrekking heeft. De weekopties voor de Eurostoxx hebben de volgende codering: OES1, OES2, OESX, OES4 en OES5. Een optie met de codering OES1 loopt tot de 1e vrijdag van de maand. OES2 de 2e vrijdag, enz.
De uitoefenprijs van een optie is de prijs waartegen de verkoper van een call-optie de onderliggende waarde moet leveren, of waartegen de verkoper van een put-optie de onderliggende waarde moet kopen. Bij de opties die wij gebruiken worden er nooit aandelen geleverd of afgenomen. De waarde van de optie wordt contant verrekend op je beleggingsrekening. De uitoefenprijs van een optie wordt ook wel strike genoemd. Deze waarden geven de grens aan tot waar de Eurostoxx index mag komen voor vrijdag 12.00. Blijven we binnen deze grenzen dan maken we winst. Komen we in de buurt van deze grenzen of gaan we erover heen. Dan maken we die week verlies. Op basis van het verleden maken we met het Eurostoxx systeem ongeveer 1 a 2 weken per jaar verlies. De andere weken hebben we winst of hebben we geen positie ingenomen.
Middels een limietorder verkoop je de opties tegen een vooraf gestelde prijs. Deze prijs kun je zelf opgeven als “limietprijs”. Indien jouw prijs wordt bereikt, wordt er tot verkoop overgegaan. Je zult nooit minder ontvangen dan de door jouw opgegeven limietprijs. De prijs die is vermeld in het weekbericht is de prijs waarvoor wij de optie hebben verkocht. Deze prijs kan afwijken van de prijs die jij voor de optie krijgt.
3. Stoploss
Met een stoploss-order kun je het punt aangeven waarop je jouw verlies wilt nemen. Hierdoor hoef je niet continu alle koersen te volgen. Wanneer de koers door de door jouw opgegeven stopprijs stijgt wordt je kooporder automatisch uitgevoerd tegen de dan geldende marktprijs. Omdat we eerst opties hadden verkocht, sluiten we onze positie middels een kooporder. Het is momenteel niet mogelijk om gebruik te maken van een stoploss-order bij onder andere Saxo en DeGiro. Let op: Opent de index met een gap (voor uitleg, zie hieronder bij ‘Gap’), dan kan het stopniveau niet gegarandeerd worden. De premie die deze positie waard is kan boven het stoploss-niveau liggen, waardoor het verlies groter kan zijn.
4. Hefboom en rendement
Opties hebben een hefboom. De hefboom voor de Eurostoxx opties is 10. Dit betekent dat de optiepremie die je ontvangt 10x zoveel waard is. Dus als we de opties bijvoorbeeld verkopen voor € 1.60. Dan ontvangen we € 16,- op onze beleggingsrekening. Dit geld ontvangen we direct na het verkopen van de optie.
Tegelijkertijd ontwikkelt er zich een negatieve optiepositie van € 16,-. Handhaaft de Eurostoxx index zich tot expiratie binnen de bandbreedte dan loopt de negatieve waarde van de optiepositie langzaam richting € 0,- en mogen wij de premie (€ 1,60) houden. In dat geval verdien je € 16,-.
In het geval dat de index zich voor de expiratiedatum krachtig richting één van de uitoefenprijzen beweegt, zal de waarde van één van deze opties flink toenemen, terwijl de ander waardeloos achterblijft. Dit resulteert erin dat de totaalprijs van de optiecombinatie toeneemt.
Wanneer deze beweging tijdens reguliere handelsuren plaatsvindt, bestaat de kans dat ons stoploss-niveau wordt bereikt en dat de optiepositie met verlies wordt gesloten.
5. Gap
De optiebeurs is dagelijks tot 17:30 geopend, en opent de eerstvolgende handelsdag weer om 09:01. Buiten deze beurstijden kunnen er gebeurtenissen plaatsvinden die van invloed zijn op de beurs. De slotstand van de voorgaande dag kan dus afwijken van de nieuwe openingskoers. Indien deze nieuwe openingskoers dusdanig verschilt van de slotkoers van de voorgaande handelsdag, kan dit van grote invloed zijn op de nieuwe optiepremies. Eventuele stoploss-niveaus kunnen worden overgeslagen, waardoor het verlies groter kan zijn dan het meegegeven stoploss-niveau.